vrijdag 22 september 2006

24-uurs economie

Zes/zeven jaar geleden moest ik voor mijn werk altijd heen en weer rijden tussen Rotterdam en Amsterdam. Een drama! Ik zat minstens 5 uur per dag in de auto, moest in Amsterdam ook nog eens met de metro (half uur enkele reistijd) en was dan nog zo'n 9 uur bezig met werkgerelateerde zaken. Ik stond voor dag en dauw op en was 's avonds veel te laat weer thuis.

Geen wonder dat ik toen tegen het probleem liep dat er veel te weinig uren in een dag zitten. Ik reken voor: 15 uur voor het werken en reizen. 8 uur om te slapen. En dus 1 uur voor mezelf! Dat ene uur moest ik verdelen over de ochtend en de avond. 's Ochtends opstaan en douchen, 's avonds eten koken, eten en naar bed.. 1 uur voor jezelf is natuurlijk veel te weinig. De enige manier om tijd voor mezelf vrij te maken was door minder te gaan slapen.

Ik bracht mijn slaapritme doordeweeks terug tot vijf uur gemiddeld en in het weekend haalde ik dat (deels) weer in. Echt gezond was dat natuurlijk niet. En echt vrolijker werd ik er ook niet op. Van gemiddeld vijf uur slaap gedurende twee jaar werd deze burger niet happy!

Ik ben toen eens gaan denken over een oplossing en kwam toen op het geniale idee van de 28-urige dag. Het idee was simpel. En helemaal gebaseerd op het principe van de 24-uurs economie. Dit was net de tijd dat supermarkten begonnen met het voorzichtig verlengen van de openingstijden. Iets waar ik een groot voorstander van was (en ben). Ik vind zelfs dat het ten allen tijde mogelijk moet zijn om je boodschappen te doen. Ik ben ook blij dat ik tegenwoordig niet meer op zaterdag al moet bedenken wat ik zondag wil gaan eten.

En daarmee komen we mijn destijds belangrijkste constatering.. De zondag is een loze dag. Die bracht ik toch alleen maar in geheel of half slapende toestand door. Echt iets gezelligs doen zat er niet in! Afschaffen dus! De 24 uur die over waren konden dan mooi verdeeld worden over de resterende 6 dagen. Hiermee hadden we dus een week van 6 dagen met 28 uur per dag!

Deze dagen van 28 uur kunnen heel efficient en volledig naar individuele smaak worden ingedeeld.

Je zou kunnen kiezen voor een werkweek van 4 dagen, dus vier keer tien uur. Met tien uur slaap heb je op een doordeweekse dag nog 8 uur over om te reizen en te leven. Maar omdat er met deze dagindeling efficienter van het wegennet gebruik wordt gemaakt ben je gemiddeld geen vijf uur per dag meer kwijt aan de reis! Een eerder drie uur, maar waarschijnlijk zelfs minder. Dat betekende dus per dag 5 hele uren voor jezelf! En dan is er ook nog een weekend van twee keer 18 aan jezelf te besteden uitgeslapen uren.

Als je kiest voor een werkweek van 5 dagen, vijf keer acht uur is het plaatje misschien wel mooier. Elke dag liefst 7 uur te besteden aan jezelf! Eindelijk tijd voor hobbies! Alleen is er maar één dag weekend. Maar je bent met tien uur slaap per dag toch al uitgerust. Waarom die extra rustdag?

Maar ja. Toen ging het opeens slecht met de economie, werd ik werkloos, kreeg ik hobbies en heb ik uiteindelijk weer werk gevonden op een reisafstand waarmee ik mijn hobbies gewoon binnen de 24-urige dag kan blijven uitvoeren. Ik moet alleen een klein beetje opletten dat ik tijd neem om te eten en op tijd naar bed ga.. De 28-urige dag is een beetje in de vergetelheid geraakt. Ik moest er toevallig weer eens aan denken nu ik het laatste boek van mijn alltime favoriete schrijver aan het lezen ben (Jpod, Douglas Coupland) waar de hoofpersoon (een software ontwikkelaar) af en toe onder zijn bureau gaat slapen. Mijn andere stokpaardje uit die tijd!

Geen opmerkingen: